Vachtverzoring Labradoodle is een term die nogal breed is. Welke vacht typen zijn er eigenlijk allemaal? En wat komt er allemaal bij kijken?
Dat wil je natuurlijk weten als je een Labradoodle hebt, of er binnenkort eentje wilt kopen. Je wilt vanzelfsprekend het allerbeste voor jouw hond.
Over deze vragen gaat het in dit artikel. Er is veel over te zeggen, dus laten we snel beginnen!
Vachtverzorging is veel werk.
Als je een Labradoodle hebt, of je wilt er binnenkort eentje kopen, dan weet je dat je een hond koopt met een vacht waar je werk aan zult hebben.
Dat betekent dat je de komende tijd veel tijd door gaat brengen met je hond. Dit zou geen probleem moeten zijn omdat je je van tevoren al hebt verdiept in de eigenschappen van deze specifieke honden.
Als je het op een leuke manier benadert, zou je ook kunnen zeggen dat jouw hond en jij lekker veel “quality time” samen doorbrengen als jij zijn of haar vacht weer eens lekker verzorgt. Zo zie je maar weer. Er zijn meerdere manieren waarop je iets kunt bekijken.
Laten we eerst eens kijken met wat voor hond en vacht we te maken hebben.
Soort vacht
Veel mensen kopen een Labradoodle omdat ze de vacht zo mooi vinden. Anderen omdat de vacht nauwelijks verhaart en maar weinig allergische reacties veroorzaakt.
De vacht van de Labradoodle is redelijk uniek. De nieuwe vacht groeit namelijk door de oude heen. Dit gaat een heel hondenleven door.
We onderscheiden 3 soorten vachten, namelijk Wool, Curly Fleece en Fleece. Binnen deze 3 hoofdklassen zijn ook heel veel variaties te vinden in zachtheid, structuur, dikheid en natuurlijk de kleur van de vacht.
Wool
Deze vacht lijkt het meest op een vacht van een lammetje. Het is een hele zachte vacht en de haren zitten dicht op elkaar. Deze vacht is dikker dan een Fleece vacht en over het algemeen gaat er meer tijd in het onderhoud zitten van van een Wool vacht, dan van een Fleece vacht.
Curly Fleece
Deze vacht heeft spiraalvormige krullen. Als deze krullen langer worden, hebben ze wel iets weg van pijpenkrullen.
Fleece
Bij een Fleece vacht heeft de hond meer slag in het haar dan echte krullen. De haren voelen licht aan en zijn ook een beetje zijde achtig.
Vachtverzorging Labradoodle. Hoe en waarom.
Er zijn honden met en zonder een knipvacht en de Labradoodle is een hond met een knipvacht. Dat betekent werk aan de winkel.
Een goede verzorging is nodig om de vacht gezond en fris te houden. Hiermee kunnen we problemen voorkomen. Je kunt hierbij denken aan jeuk of problemen met de huid. Door de viltplekken in de vacht van je hond zou het ademen van de huid in gevaar kunnen komen.
Een hond met veel dood haar in de vacht wordt er ook niet mooier op en heel hygiënisch is het bovendien ook niet.
Conditie van de hondenvacht
De conditie van de vacht van je hond hangt van veel factoren af. We onderscheiden externe en interne factoren.
Tot de externe factoren horen bij voorbeeld: zwemmen, ravotten, het feit of je hond aangelijnd zit met een riem of tuigje, het weer en het soort wandelingen.
Bij interne factoren kun je denken aan: voeding, hormoonhuishouding en algemene gezondheid.
Het lijkt erop dat castratie en sterilisatie een nadelig effect heeft op de vacht van een Labradoodle. De vacht heeft de neiging om dikker te worden waardoor de kant op klitten en vervilting ook toeneemt. Een tijdige en grondige verzorging van de vacht wordt dan nóg belangrijker.
Hou er ook zeker rekening mee dat er niet een vaste regel is hoe een Labradoodle vacht eruit zou horen te zien. Er zijn ontelbaar veel variaties in kleur, glans en zachtheid.
Wennen aan de verzorging van de vacht
De vacht van een puppy is zacht en los en is makkelijk te kammen met een simpele borstel. Na 7 maanden begint deze puppyvacht plaat te maken voor een volwassen vacht. Dit proces is afgerond als de hond zo’n 15 maanden oud is. Deze volwassen vacht is steviger en heeft veel meer de neiging om te gaan klitten.
Het is een goed idee om je pup al vroeg te laten wennen aan het verzorgen van zijn of haar vacht. Begin daar het liefst mee als je pup in huis komt. Omdat de vacht nog lekker zacht en los is, gaat het kammen en borstelen nog heel gemakkelijk.
Verder kun je hem ook al vroeg laten wennen aan het overal aanraken en vastpakken. Als je dit op een ontspannen en speelse manier doet, zal hij er later ook geen problemen mee hebben als hij bij het trimmen ook overal aangeraakt en vastgepakt wordt.
Bij het gewenningsproces hoort ook het voor langere tijd op een tafel staan. Ook hier geldt: als je het van jongs aan op een ontspannen manier opbouwt, dan zal hij er later geen problemen mee hebben.
Algemeen vachtonderhoud
Bij het algemene onderhoud aan de vacht kun je denken aan de volgende dingen:
- Regelmatig (het liefst dagelijks) checken op vlooien en teken. Er zijn allerlei verschillende middelen in de handel om deze parasieten te lijf te gaan.
- Regelmatig borstelen en ontklitten (minimaal 1 tot 2 x per maand). Als je de vacht eerst even bevochtigt met een spray, gaat het borstelen een stuk makkelijker. Klitten kun je met talkpoeder even ontvetten. Hierna kun je ze meestal makkelijker uitkammen.
- Af en toe wassen. Doe dit niet vaker dan elke 8 weken een keer. Dan hebben de huid en de vacht genoeg tijd om helemaal te herstellen. Voor het wassen wel goed borstelen en kammen. Als er klitten in de vacht zitten, dan wordt dit erger tijdens het wassen.
- Voetzolen controleren en overtollig haar wegknippen. Dit zorgt ervoor dat de nagels slijten tijdens het lopen. Hierdoor hoeven de nagels niet, of minder vaak geknipt te worden.
- Elke 2 weken even controleren of de gehoor ingangen van de oren vrij van haar zijn. Over het algemeen geldt dat hoe dikker de vacht is, hoe meer haar er in de gehooringangen groeit. Laat de gehoor ingangen door de dierenarts of trimster vrij maken, of doe het zelf.
- Hou de vacht onder de staart kort, zodat er geen kans is dat er ontlasting in blijft hangen
- Lange snuiten, zoals van de Labradoodle, hebben de neiging om snel vies te worden. Regelmatig kammen en af en toe even wassen is dan belangrijk.
Om de vacht klitvrij te kunnen houden, is het van belang om de vacht elke 10 weken (liever nog om de 8 weken) te knippen of door de trimster te laten knippen.
Als de vacht helemaal in de klit zit en misschien ook nog is vervilt, dan is er nog maar 1 oplossing: helemaal kaal scheren en dat wil je natuurlijk niet!
Naar de trimsalon of zelf doen?
Honden trimmen is echt een vak. Een vak wat wel geleerd kan worden. Als je zelf de vacht van hond bij wil gaan houden is het raadzaam om een training of workshop te volgen. Hou er daarbij wel rekening mee dat als je alleen je eigen hond bij gaat houden, dat je dan niet de ervaring en routine zal opdoen van een echte hondentrimster. Maar ook hier geldt dat door genoeg te oefenen, een goed resultaat behaald kan worden.
Waarschijnlijk doe jij er langer over dan de echte hondentrimster, maar je hebt het dan toch maar mooi zelf gedaan. Je beloning is een voordeligere trimbeurt een een voldaan gevoel.
Het is dus niet zo dat er niets is wat je zelf kan doen met betrekking van de vachtverzorging van je Labradoodle.
Je kunt gaan leren om zelf te trimmen of om alleen maar de vacht klitvrij te houden. Er zijn 1 op 1 trainingen, groepslessen, lessen bij jou thuis op of locatie. Kortom, voor elk wat wils.
Wennen aan de trimsalon
Als je besluit om de vacht van je hond door de trimsalon te laten knippen, dan zijn er een paar zaken waar je rekening mee moet houden.
Zorg dat je hond goed is uitgelaten, voordat hij naar de trimsalon gaat. Hij is dan al veel energie kwijt en kan gewoon wat makkelijker stilstaan.
Het beste is om je pup al naar de trimsalon te brengen als die rond de 15 weken oud is. Een bezoek aan de trimsalon kost je hond veel energie en hoe eerder die daaraan gewend is, hoe beter het is.
Je hond moet immers een tijd stilstaan en het maar toelaten dat er iemand anders dan zijn eigen baasje de hele tijd met hem/haar bezig is. Als je je hond hier al vroeg aan laat wennen, gaat het op latere leeftijd van je hond allemaal een stuk makkelijker en relaxter.
Sommige trimsalons organiseren dagen waarop je pup, samen met andere puppy’s alvast kan wennen aan de trimsalon. Ze kunnen dan alvast wennen aan de geuren, de geluiden en aan de mensen en honden die er rondlopen. Als ze zo op gemoedelijke en speelse wijze kunnen wennen aan de trimsalon, hebben ze er de volgende keer geen vervelende herinnering aan.
Knippen in de trimsalon
De eerste echte knipbeurt staat op het programma als de vacht echt is volgroeid. Reken op zo’n 5 tot 7 maanden. Als het goed is, is je puppy dan al gewend aan de föhn, het optillen van de poten, het vasthouden van de kop het wassen enz. enz.
Samen met de trimster van de salon bepaal je dan wat het vervolgtraject zal zijn. Over het algemeen is het wel aan te raden om elke 8 weken de vacht bij te laten knippen.
Omdat de trimster heel veel verschillende honden en verschillende vachten ziet en knipt, kan ze jou uitstekend advies geven waar je op moet letten bij de vacht van jouw hond. Omdat er geen standaard Labradoodle vacht is, is hier echt sprake van maatwerk. Gebruik dus vooral de kennis op het gebied van vachtverzorging die bij de trimsalon aanwezig is.
Zelf doen
Omdat een complete knipbeurt in de trimsalon al gauw zo’n € 70,- euro kost, zijn er ook veel baasjes die veel zelf doen.
Zelf kun je namelijk ook van alles doen aan de vacht van je Labradoodle. Het belangrijkste is om de vacht regelmatig te borstelen en klitvrij te houden.
Ook de Australian Labradoodle Association EUrope (ALAEU) heeft op hun site tips voor de Labradoodle vachtverzorging.
Wat heb je nodig?
Een goede, stevige trimtafel met een lange beugel is heel handig. Hierdoor zijn alle plekken van je hond goed bereikbaar en voorkom je dat he door een slechte werkhouding pijn in je rug krijgt. De lange beugel zorgt ervoor dat je de hond goed vast kunt zetten, zodat jij je goed met de verzorging van je hond bezig kunt houden.
Een goede borstel om de vacht klitvrij te houden. Een zogenaamde ‘slickerborstel’ (een borstel met allemaal gebogen in plaats van rechte metalen pennetjes) is daar goed voor geschikt.
Een goede kam om na het borstelen te controleren of alle klitten eruit geborsteld zijn en om de vacht goed door te kammen voorafgaand aan het knippen. De tanden van de kam moeten lang genoeg zijn om de vacht tot op de huid te kunnen kammen.
Een ontklitter om klitten op een pijnloze manier door te kunnen snijden.
Goede rechte kappersschaar met ronde punten. Hiermee kun je klitten wegknippen, ogen en oren vrij knippen etc. De ronden punten voorkomen dat je je hond pijn doet.
Je kunt ook een zogenaamde chunker gebruiken. Dit heeft nog het meeste weg van een kappersschaar. Het effect bij gebruik van een chunker oogt iets natuurlijker. Met een rechte schaar ben je daarentegen wel iets sneller klaar met knippen.
Klitvrij houden
De rug en de zijkanten van je hond zijn het makkelijkst bereikbaar. Vergeet echter ook de volgende plekken zeker niet:
- Poten
- Oksels en liezen
- Staart met gedeelte rond de kont
- Onderkant inclusief borst
- Oren en gedeelte van de kop onder de oren
- Baard en snor
Bij honden met dun, kort haar, kun je volstaan met een simpele borstel. Bij dikkere vachten met langer haar (zoals van de Labradoodle) het je een stevigere borstel nodig. Hoe dikker de vacht en hoe langer het haar, hoe robuuster de borstel moet zijn.
Werk bij het borstelen van de vacht iedere keer ‘omhoog’. Dus van de buik naar de rug. Van de onderkant van de poot naar boven toe en van de achterkant van de hond naar de voorkant toe.
Hou met de ene hand een pluk haar vast en borstel dat met de borstel in de andere hand. Ga zo door tot je de hele vacht gehad hebt. Dit is dus best veel werk.
Ga na het borstelen met een stevige kam door de vacht heen. De vacht is pas klitvrij, als de kam overal de huid raakt en vloeiend door de vacht heen gaat.
Als je je hond hebt gewassen, kun je de vacht drogen met een föhn, of met een zogenaamde waterblazer.
Met een waterblazer droog je de vacht een stuk sneller. Omdat de meeste honden dat eerst nog wel eng vinden, is het van belang dat je je hond zo vroeg mogelijk en een geleidelijk laat wennen. Op YouTube staan leuke video’s met voorbeelden hoe je je hond spelenderwijs kunt laten wennen aan zo’n waterblazer.
Knippen
Waar moet je op letten als je zelf de vacht van je hond gaat knippen? Je zou kunnen zeggen dat er een sociale en een technische kant is bij het knippen.
Sociaal
Voor je hond is het knippen van de vacht iets onnatuurlijks. Hij of zij moet lang op de kniptafel staan en vindt het misschien allemaal een beetje spannend. Het is dan belangrijk dat je je hond regelmatig prijst en geruststelt.
Het is echter ook belangrijk dat je zelf rust en zelfvertrouwen uitstraalt. Je hond heeft het echt wel in de gaten als jij bang en onzeker bent. Dit ‘slaat dan over’ op je hond en het resultaat is dat je hond een stuk minder handelbaar is. Je hond voelt zich veel veiliger en meer op z’n gemak bij een sterke leider.
Als je hond aandacht wil, geef dan ook die aandacht. Als je het knippen als quality time beschouwt, dan mag het knippen ook best iets langer duren. Maak het ook weer niet te lang. Als je merkt dan je hond er genoeg van begint te krijgen, stop dan en ga later verder met knippen.
Probeer ook niet je hond systematisch te knippen. Als je dan even op deze plek knipt en dan weer even op die plek, dan voelt het voor je hond veel natuurlijker aan en is het veel beter vol te houden.
Technisch
Je kunt de vacht knippen of scheren of een combinatie van die 2.
Bij knippen met de schaar ben je langer bezig, maar het resultaat oogt iets natuurlijker.
Er is een bepaalde manier waarop je de schaar het beste vasthoudt en dat is met duim en ringvinger door de ringen van de schaar. Uiteraard kijk je goed uit met de schaar. zodat je je hond niet kan verwonden. Hou de schaar dan ook altijd zo, dat er geen gevaarlijke situaties ontstaan, ook als je hond ineens een onverwachte beweging maakt.
Als je een tondeuse gebruikt, dan gaat het allemaal wat sneller. Het resultaat oogt dan een stukje strakker.
Je kunt ook bij voorbeeld de oksel en de liezen met de tondeuse doen en de rest van de vacht met de schaar. Het gaat erom dat jij je er prettig bij voelt.
Bij het gebruik van de tondeuse is het belangrijk dat je de kop regelmatig voorziet van een klein beetje olie, zodat die wat langer meegaat.
Als je nog nooit een hondenvacht hebt geknipt, kijk dan even op YouTube. Er zijn genoeg instructie video’s waarin het knippen wordt uitgelegd. En als het allemaal niet helemaal lukt de eerste keer, dan probeer je het gewoon later nog eens. Hoe vaker je je hond zelf knipt, hoe makkelijker het zal gaan.
Tot slot
Hierboven heb je wat do’s en dont’s kunnen lezen over het verzorgen van de vacht van je Labradoodle. Lees ook het artikel Labradoodle opvoeding en verzorging als je meer wilt weten over deze leuke en bijzonder hondensoort.
